B jaar

Deze site is een tijdelijke oplossing om de preken van Marcel bereikbaar te maken. Klik op een link, om de desbetreffende preek te lezen. (Sorry, de opmaak van de preken is nog niet overal in orde.)
Indien u de preek op een klein scherm wil lezen, komt de preek niet naast, maar onder de reeks linken. U zal dus naar beneden moeten scrollen.

23e  ZONDAG DOOR HET JAAR (B) - 5 en 6 september 2009

Jesaja 35 : 4 -7a.
Marcus 7 : 31 -37.


Zusters en broeders,

I.     Wat doofheid is, wat doofheid doet, wat doofheid een mens aandoet, dat heb ik bij mijn vader gezien.  Jarenlang had hij als timmerman onder het geluid van machines gewerkt  -zaagmachines, schaafmachines, boormachines.  Op zijn oude dag is hij er doof van geworden.  Die doofheid veranderde zijn wereld, veranderde zijn leven.
Hij kon gemeenschappelijke gesprekken niet meer volgen.  Hij probeerde ze dan ook te vermijden.  Zoals hij ook samenkomsten en vergaderingen vermeed.  Hij viel op zichzelf terug, en op een paar vertrouwde mensen rondom hem.  Hij geraakte min of meer geisoleerd.
Ook de man uit het evangelie van vandaag moet dat gevoel gekend hebben.  Opgesloten zitten, afgesloten zijn.  Hij zat zelfs met een dubbele grendel op zijn deur.  Zijn oren zaten dicht en hij beschikte niet over de taal om zich uit te drukken.  Hij was doof en hij was stom.  Doofstom.  Als Jezus op een bepaald moment binnen zijn gezichtskring verschijnt gebeuren er twee dingen met hem.  Jezus treedt zijn leven binnen door hem aan te raken.  Jezus steekt zijn vingers in zijn oren en hij raakt zijn mond met speeksel aan.  Iemand treedt op die manier bij hem binnen.  En tegelijkertijd roept Jezus die man die opgesloten zit, naar  buiten: 'Effeta, mens ga open '.

II.     Er worden in de evangelies heel wat wonderen over Jezus verteld, maar met dit wonder is er iets aparts gebeurd: Het heeft op twee manieren doorgewerkt.
1. De eerste manier waarop het heeft doorgewerkt bestaat hierin, dat men het hele optreden,  de activiteit van Jezus van Nazareth is gaan zien als iets wat je kunt samenvatten in deze zin: Hij heeft steeds weer mensen tot openheid bevrijd.
Neem nu bv de mensen van wie er wordt gezegd dat ze door de duivel bezeten waren.  Wat daar precies mee aan de hand was weten we niet.  We vermoeden dat het ging om psychische kwalen, bv om een of andere vorm van epilepsie.  Medisch gezien wist men daar nog zo goed als niets over.  Maar zeker is dat die mensen geisoleerd waren, afgesloten van de normale mensenwereld.  Geregeld staat er dat Jezus  de duivel uitdrijft.  Dat komt er op neer dat hij deze mensen van hun kwaal geneest, dat hij daardoor de toegang tot het gewone leven voor hen opnieuw opent.
Wat hij met deze mensen doet komt dus ook neer op wat hij tot de doofstomme zegt: 'Mens, ga open'.
Dat soort bevrijding bewerkt hij ook voor de melaatsen die naar hem toe komen.  Het is aan melaatsen verboden in een dorp of in een stad te wonen.  Ze mogen met gezonde mensen geen kontakt onderhouden.  Anders worden die zelf ook onrein.  Ze zitten opgesloten in de gevangenis van hun ziekte.  Jezus doorbreekt hun isolement, hij raakt hen aan en hij geneest hen.  Dat komt hier op neer dat hij ook tot deze mensen zegt: 'Mensen ga open'.
Dat geldt eigenlijk voor elke genezing die hij bewerkt, of het nu gaat om een lamme, een kreupele, een blinde of een vrouw die aan bloedvloeiing lijdt.
Eigenlijk is elke genezing een bevrijding, de mogelijkheid die aan een mens geboden wordt om open te gaan.
Dat is de eerste manier waarop dat 'Effeta, mens ga open', gezien kan worden als iets dat in heel Jezus'activiteit doorwerkt.


2. De tweede manier ligt op het terrein van zijn prediking.  Dat is misschien minder onmiddellijk duidelijk, maar zijn hele prediking is op de bevrijding van mensen gericht. Laat ik u een paar vb geven.  Neem nu wat Jezus zegt over geld en bezit.  Om het met een understatement te zeggen: Hij is er niet zo voor.  Hij spreekt over de onrechtvaardige mammon en hij waarschuwt voor rijkdom.  Je kon wel eens schade lijden aan je ziel. (Matt.16: 26 )  Dat kan niet alleen onpraktisch klinken, maar zelfs behoorlijk wereldvreemd.  Draait niet het hele bestel om geld en om economie?  En geen van ons die geld missen kan.
Maar wij zijn zelf ook niet helemaal onbekend met de gevaren ervan.  De titel van een radio-uitzending die ik ooit hoorde, en die ging over bezit, luidde: 'Bezit, bezat, bezeten'.  En bestaat er niet zo'n spreekwoord als: 'Geld dat stom is maakt recht wat krom is'?  En met hoeveel vormen van corruptie worden wij niet geconfronteerd, en niet alleen in ontwikkelingslanden.  En wat de toplonen en bonussen van bestuurders in de bankwereld betreft: moreel besef heb ik daar nauwelijks gezien.  Geld en bezit, ze dreigen mensen moreel en soms ook psychisch te verminken.  Wat Jezus van Nazareth over rijkdom en bezit heeft gezegd - als je er langer over nadenkt dan is het inderdaad wellicht een poging om mensen  voor een aparte vorm van opgesloten zitten in zichzelf  te bewaren, een andere manier om tot mensen te zeggen: 'Mens, ga open'.
Om een ander  thema  te noemen: Neem nu de leer van Jezus over de liefde tot de vijanden.  'Bemint uw vijanden, doet wel aan die u haten, zegent hen die u vervloeken en bidt voor hen die u mishandelen'. (Lucas 5: 27-28)  Wij zien daarin meestal een zo goed als onmogelijke opgave, en de geschiedenis van het christendom geeft ons daarin nog gelijk ook.  Maar die zaak heeft ook een andere kant.  Wie ooit heeft meegemaakt wat haat en vijandschap met een mens doen, wie al het negatieve heeft gezien dat ze in een mens oproepen, die weet ook dat haat an afkeer een mens opsluiten in zijn meest donkere kanten.  Hij of zij geraakt daar in heel veel gevallen niet meer uit.  
De oproep van Jezus: 'Hebt uw vijanden lief' kon ook wel eens een poging zijn om een mens te bevrijden, een andere vorm om te zeggen: 'Mens, ga open'.

III.     'Mens, ga open'.  Zo is het christendom begonnen, en zo was en is het bedoeld.
Het was een bekeerling die dat het scherpst heeft geformuleerd.  Bekeerlingen zijn mensen die iets hebben ontdekt.  En daar zijn ze dan op af gekomen.  Eén van de eerste bekeerlingen is Paulus geweest.  Die openheid die door Jezus van Nazareth is gebracht, verwoordt Paulus met het begrip 'vrijheid'.  'Door Christus zijt ge bevrijd' schrijft hij aan de mensen van Galatië. (Gal. 5:1)  En een beetje verder: 'Tot vrijheid zijt ge geroepen, alleen misbruik die vrijheid niet om uw eigen verlangens te bevredigen'. (Gal. 5:13)  En aan die van Korinthe: 'Waar de Geest van Jezus is, daar is vrijheid'. (II Kor. 3:17)
In de loop van de kerkgeschiedenis is het steeds weer vergeten, eindeloos vaak verloochend.  Vraag het maar aan de Grootinquisiteur.  Maar even vaak is het opnieuw ontdekt.  'Mens ga open', als formulering van de bedoeling van het christendom: het is iets om over na te denken.
Amen.

Marcel Heyndrikx SVD

 

© Marcel Heyndrikx - Iedereen mag deze preken en teksten gebruiken mits ze vrij en gratis voor iedereen toegankelijk blijven.